In de doopsgezinde vermaning van Bussum-Naarden kwamen we voor de tweede keer dit jaar bijeen voor de voorjaarsvergadering van de ledenraad. Een volledig fysieke bijeenkomst en er waren maar weinig afmeldingen. Dat was fijn, omdat je zo gemakkelijker van gedachten kan wisselen en dieper op de materie in kan gaan dan bij een digitale of hybride vergadering. 

Wat mij betreft was het centrale thema vandaag Eenheid in verscheidenheid. Onderstaand een samenvatting van een aantal punten waarin de verscheidenheid, maar ook de eenheid tot uitdrukking kwam.

  • De ledenraad is samengesteld uit afgevaardigden van ringen en sociëteiten uit heel doopsgezind Nederland. Een bonte verzameling mensen die allen doopsgezind zijn.
  • Jaap Brusewitz, lid van het ADS-bestuur, begon zijn bezinning met het lezen van Jesaja 40: 1 – 5. 
    Hij sprak over de veelheid van zaken die op je pad kunnen komen, soms zodanig dat het te begane pad niet meer zichtbaar is. Hij sprak de bemoediging uit om op zulke momenten de durf te hebben opnieuw een pad te banen door bergen te verlagen en de ruigheid van bergen te polijsten. Daarbij de vergelijking trekkend naar Jesaja 40:4: Laat elke vallei verhoogd worden en elke berg en heuvel verlaagd, laat ruig land vlak worden en rotsige hellingen rustige dalen.
  • Bij de mededelingen vertelde voorzitter Miekje Hoffscholte over het aanstaande Gemeenteberaad op 11 juni waarin het thema Wereld van verschil op vele manieren zal worden belicht en besproken middels workshops, theater en kunst. Ze sprak daarbij de hoop uit dat veel mensen zich zullen aanmelden voor deze dag waarin ook ruimte is voor ontmoeting en samen zijn.
  • De voorzitters van Doopsgezind Wereldwerk en Doopsgezinde Zending, resp. Waldemar Epp en Marijn Vermet, vertelden ’s middags ieder over hun organisatie en projecten. 
    Na afloop van hun presentaties legden ze drie vragen aan ons voor:
    1.    Zijn de Doopsgezinde Zending en DG Wereldwerk voldoende zichtbaar en vindbaar in de gemeenten en/of in de zuster-/broederschap?
    2.    Wat zijn jullie verwachtingen van de Zending en Wereldwerk? Welke verwachtingen hebben jullie ten aanzien van beiden?
    3.    Wat is jullie visie op de reizen (van delegaties naar projecten) van Zending en Wereldwerk in tijden van klimaatproblematiek?
    Natuurlijk was het niet mogelijk om eenduidige antwoorden te formuleren, maar het was goed om met elkaar hierover van gedachten te wisselen. 

Informatie uitwisselen, luisteren, interesse in elkaars werk en de betrokkenheid naar elkaar toe was voelbaar deze dag. 
En voor mij is dat de manier om mee te denken in de uitdagingen waar we voor staan binnen Doopsgezind Nederland. Een eenheid in al zijn verscheidenheid.

Janet Manting